Het Recht op Onderwijs

Mensenrecht nr. 26

Het recht op onderwijs

1. Iedereen heeft recht op onderwijs. Het onderwijs zal kosteloos zijn, althans wat het lager- en basisonderwijs betreft. Het lager onderwijs zal verplicht zijn. Technische- en beroepsopleiding zullen algemeen beschikbaar worden gesteld en hoger onderwijs zal gelijkelijk openstaan voor iedereen die daartoe de begaafdheid bezit.

 


2. Het onderwijs zal gericht zijn op de volledige ontwikkeling van de menselijke persoonlijkheid en op de versterking van de eerbied voor de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Het zal het begrip, de verdraagzaamheid en de vriendschap onder alle naties, volkeren of godsdienstige groepen bevorderen en het zal de werkzaamheden van de Verenigde Naties voor de handhaving van de vrede steunen.

3. Aan de ouders komt in de eerste plaats het recht toe om de soort van opvoeding en onderwijs te kiezen, welke aan hun kinderen zal worden gegeven.