Mensenrechtenvoorvechters

Eleanor Roosevelt was als voorzitster van de Mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties, de drijvende kracht achter de creatie van het handvest van vrijheden van 1948, wat voor altijd haar nalatenschap zal zijn: De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.

Eleanor werd geboren in New York City en trouwde met de jonge politicus Franklin Delano Roosevelt in 1905, waarna ze volledig in beslag werd genomen door publieke zaken. Toen ze in 1933 als President en First Lady in het Witte Huis arriveerden, was zij al nauw betrokken bij kwesties als mensenrechten en sociale gerechtigheid. Haar inspanningen ten behoeve van mensen in het algemeen, zette ze voort als voorvechtster van gelijke rechten voor vrouwen, Afro-Amerikanen en van arbeiders getroffen door de depressiejaren en ze bracht op die manier hun problematiek onder de aandacht. Moedig en openhartig, steunde ze openlijk Marian Anderson toen deze zwarte zangeres in 1939 vanwege haar huidskleur niet werd toegelaten tot Washington’s Constitution Hall. Eleanor Roosevelt zag erop toe dat Marian Anderson in plaats daarvan optrad op de trappen van het Lincoln Memorial. Hierdoor creëerde ze een blijvend en inspirerend imago creëerde van persoonlijke moed en mensenrechten.

Als afgevaardigde naar de Verenigde Naties

In 1946 werd Roosevelt benoemd als afgevaardigde naar de Verenigde Naties door President Harry Truman, die de opvolger van Franklin Roosevelt was in het Witte Huis. Zij was als hoofd van de Mensenrechtencommissie behulpzaam bij het formuleren van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, die ze voorlegde aan de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties met de woorden:

“We staan vandaag op de drempel van een grootse gebeurtenis, zowel in het leven van de Verenigde Naties als in het leven van de mensheid. Deze verklaring zou heel goed een internationale Magna Carta kunnen worden, voor alle mensen over de hele wereld.”

Eleanor Roosevelt werd door President Truman “First Lady van de wereld” genoemd, voor alles wat ze tijdens haar leven op humanitair gebied had bereikt. Tot het eind van haar leven werkte ze voor de acceptatie en implementatie van de rechten zoals die uiteengezet zijn in de Universele Verklaring. De nalatenschap van haar woorden en haar werk kunnen worden teruggevonden in de grondwetten van vele landen en in het zich steeds verder ontwikkelende internationale recht, dat op dit moment de rechten beschermt van mannen en vrouwen over de hele wereld.

“Doe datgene waarvan je in je hart voelt dat het juist is, want je zult hoe dan ook kritiek krijgen. Je wordt vervloekt als je het doet, maar je wordt ook vervloekt als je het niet doet.” Eleanor Roosevelt